dinsdag 18 oktober 2011

Rógerio Ceni: de feiten

Stadion Serra Dourada in Goiãnia is met bijna 24.000 voetballiefhebbers goed gevuld. Geen wonder. Het is een mooie zondagnamiddag, deze 17de oktober 2011, even geen regen, niet te heet, lekker zonnetje. En op het programma staat Atlético Clube Goianiense-São Paulo. Atlético, zo wordt de thuisclub genoemd in Goiãnia. De enige van de stad die in Serie A speelt, de Braziliaanse eredivisie. Atlético is een dreumes, maar doet het fantastisch. Ontsnapte de club vorig jaar op miraculeuze manier aan degradatie, dit seizoen gaat het boven verwachting. Met nog slechts negen van de achtendertig wedstrijden staat Atlético op de tiende plek en dat geeft recht op meedoen aan de Copa Sul-Americana. Dat is het Latijns-Amerikaanse equivalent van de UEFA Cup. De verwachtingen zijn hooggespannen deze zondag. De dreumes tegen titelkandidaat São Paulo, met grote namen, met spelers die voor het Braziliaanse nationale elftal uitkomen.
Een kwartiertje voor de aftrap. Spelers van beide clubs komen het veld op. Een gedenkwaardig tafereel. De 27-jarige Atlético-keeper Márcio Luiz Silva Lopes Santos Souza, kortaf Márcio, zoekt zijn collega Rógerio Ceni (op foto boven links Márcio, rechts Rógerio). De markante doelverdediger van Sáo Paulo. Hij ziet hem, loopt op hem af en omhelst hem. Het is een eerbetoon. Het is geen geheim, voor Márcio is Ceni een ware held. Een idool, een meester. Ceni accepteert de omhelzing. Márcio laat vooraf in de Braziliaanse pers weten zo graag een penalty te willen nemen tegen Rógerio. Het is zijn droom. Het zal weer niet gebeuren deze zondag. Dreumes Atlético weet titelkandidaat São Paulo met 3-0 te verslaan. Het derde doelpunt komt voort uit een strafschop. Márcio neemt die niet, hij heeft last van rugpijn na een actie kort ervoor. Het publiek schreeuwt hem toe, maar Márcio is niet vermurwen. ´´Het teambelang staat voorop``, zegt hij na afloop van de wedstrijd en na die derde goal laat hij zich vervangen. ´´De volgende keer dan maar``, verzucht de symphatieke doelman van Atlético. Resteert één vraag: wie is toch die verdraaide Rógerio Ceni?
Pato Branco is een Braziliaanse stad met 73.148 inwoners en ligt in het zuidwesten van de zuidelijke staat Paraná. Een aangename, rustige en schone stad op 760 meter boven de zeespiegel en met gemiddelde temperaturen die schommelen tussen de veertien graden in juli en tweeëntwintig graden in januari. Hertha Ceni bevalt in Pato Branco van haar vierde zoon. Dat gebeurt op maandag 22 januari 1973 exact om half elf ´s avonds. Rógerio heet die vierde en zijn sportgekke vader Eurydes heeft uiteraard geen flauw benul wat voor brilliante toekomst de nieuwe boreling te wachten staat.
Dat sport in huize Ceni populair is, blijkt alleen uit de liefde die de jonge Rógerio aan de dag legt voor tennis en voetbal. Nog geen vijf jaar en hij krijgt serieuze tennisles van papa. Op school doet hij mee aan voetbaltoernooien. Het zaad is gezaaid, de passie groeit. Rógerio is acht jaar als hij zich opgeeft voor de voetbalschool Grêmio Estudantil Patobranquense. Op zoek naar werk verhuist de familie Ceni in 1985 naar het stadje Sinop in de staat Mato Grosso. Rógerio ontdekt een nieuwe passie: volleybal. Op jonge leeftijd begint de jonge Ceni als manusje van alles op de Braziliaanse bank Banco do Brasil in zijn woonplaats. Daar wordt hij uitgenodigd voor het voetbalelftal van de bank. Hij maakt er furore en stapt over naar de plaatselijke trots Sinop Futebol Clube, een onbetekend cluppie. Op zeventienjarige leeftijd wordt Rógerio daar ontdekt als groot keeperstalent, dat resulteert in een uitnodiging van het gerenommeerde São Paulo. De jonge Ceni loopt vrijdag 7 september 1990 voor de eerste keer in zijn leven het professionele trainingskamp van São Paulo binnen. Om er nooit meer weg te gaan.
Rógerio Ceni zal zich ontpoppen als de best scorende keeper van de wereld (foto links). In officiële wedstrijden, volgens regels van de Fifa. Strafschoppen en vrije trappen zijn het pakkie aan van Ceni. Zaterdag 15 februari 1997 de eerste. Uit een vrije trap, de 2-0 thuis tegen Hermínio Ometto om het staatskampioenschap van São Paulo. Zondag 27 maart 2011 de honderdste. Een schitterend genomen vrije trap die een 2-1-winst betekent op aartsrivaal Corinthias, in São Paulo, wederom om het kampioenschap van die staat. Uitleg. Na afloop van de landelijke competities in Brazilië, begin december, worden in alle 26 staten en het federale district van het Latijns-Amerikaanse continent de eigen staatskampioenschappen gehouden.
Rógerio gaat die 27ste maart terecht uit zijn dak, het stadion viert feest, vuurwerk wordt afgestoken. De keeper trekt zijn keepersshirt uit en wuift ermee naar de supporters. Dat komt hem op een gele kaart te staan van de onbegrijpende scheidsrechter. Tot op de dag van vandaag heeft de met São Paulo vergroeide Rógerio al 103 doelpunten gemaakt. Bijna de helft uit strafschoppen, de rest uit vrije trappen. Wie die honderd in elf minuten video wil terugzien: http://www.youtube.com/watch?v=ZRL9K6Z7UwQ.
Nog een mijlpaal, nog een datum. Het houdt niet op. Woensdagmiddag 7 september 2011 om vier uur speelt Rógerio zijn duizendste officiële wedstrijd voor zijn club (foto rechts, trofee na duizendste wedstijd). In Serie A, thuis tegen Atlético Minas Gerais. Het wordt 2-1 voor São Paulo, Rógerio zal niet scoren. Het kan niet altijd feest zijn. Dat geldt ook voor zijn optredens in het Braziliaanse nationale elftal. Zeventien in getal, tussen 1997 en 2006. Tot grote daden komt hij niet. Invalbeurten, keepen in kwalificatiewedstrijden. Geen goal. Maar hij mag zich wel één keer wereldkampioen noemen, in 2002. Rógerio Ceni. Hij ís São Paulo. Brazilië draagt hem op handen. Nooit ernstig in opspraak, fideel, sport- en clubman in hart en nieren. Symphatiek. Hij is een voorbeeld, zegt de Braziliaanse sportpers. Het is maar al te waar.
Ontboezeming. Ik heb niks met de club São Paulo, ik heb niks met de stad São Paulo. Ik heb alles met Flamengo uit mijn favoriete Braziliaanse stad Rio de Janeiro. Het stoelt nergens op. Ik ken Rio, ik ken São Paulo nauwelijks. Maar ik geef toch lekker af op die ´metropool van de harde werkers`. Ongenuanceerd? Zeker. Maar het mag, zeker als het over voetbal gaat. Gezonde rivaliteit, gezonde afkeer. Het geeft kleur en stof tot heerlijke oeverloze voetbaldiscussies. Maar eerlijk is braaf, ook ik draag die Rógerio in mijn hart. Verdorie. Tennis, volleybal, scorende keeper. Het valt me nu pas op. Na de bal, bestaat er nog een sportfenomeen in het leven van Rógerio Ceni. Het net.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten