zondag 28 maart 2010

De zaak Isabella (verantwoording)


Het is zondagavond 28 maart 2010, tegen tienen, Braziliaanse tijd, als ik publiceer. Een gedenkwaardige dag, een gedenkwaardig uur. Twee jaar geleden is op eenzelfde zondagavond in São Paulo een schattig en gezond vijfjarig meisje op brute wijze vermoord. Isabella heette ze. Haar dood heeft Brazilië twee jaar in de ban gehouden. Deze week was het proces. Isabella heeft mij ook geraakt, ik kon er moeilijk van loskomen. Misschien omdat haar glimlach leek op die van mijn dochtertje, die ik al jaren niet meer heb gezien wegens scheiding en enorme ruzies. Maar misschien ook niet. Hoe dan ook, ik heb geschreven over de zaak Isabella. Het is veel, maar het moest. Drie afleveringen. Die zijn hieronder te lezen. De eerste over de historie van de zaak, de tweede over het proces en als toetje nog een persoonlijke analyse.

De zaak Isabella 1 (23)

Het is zondagavond 29 maart 2008. Laat, over tienen al. Het Braziliaanse echtpaar Nardoni-Jatobá en drie kinderen, een vijfjarig meisje en twee jongetjes van elf maanden en drie jaar, gaat na een dagje uit op huis aan. De familie bewoont een appartement op de zesde verdieping van een groot flatgebouw, in een noordelijke wijk in São Paulo. Vader Alexandre Nardoni parkeert de auto in de garage onder de flat. Over wat daarna precies van minuut tot minuut gebeurt, blijft een waas van mysterie hangen. Het vijfjarige meisje is Isabella, dochter van Alexandre uit een eerdere relatie. Zij brengt twee weekeindes per maand bij haar vader door. Zij zal vanavond sterven. Isabella wordt levend vanuit een slaapkamerraam van het appartement van de Nardonis naar beneden gesmeten. Het kind komt zes verdiepingen lager in een voortuintje van het wooncomplex terecht. Ze leeft nog. Professionele hulp is snel ter plekke. Het zal niet baten. Isabella overlijdt in een ambulance, op weg naar een ziekenhuis.
De politie hoort het echtpaar. Vader Alexandre legt een verklaring af. Na het parkeren van zijn auto gaat hij met Isabella naar boven. Met de lift. Zijn vrouw Anna Carolina Jatobá en diens andere twee kinderen blijven in de auto achter. Alexandre legt naar zeggen de inmiddels slapende Isabella in een slaapkamer. Hij keert terug naar de parkeergarage. Weer met de lift. Hij haalt Anna Carolina en de twee kleintjes op. Terug. Hij loopt naar de slaapkamer waar Isabella slaapt. Ze is er niet. Paniek. Zoeken. Beschermend gaas van een ander slaapkamerraam blijkt opengeknipt. Vreemd. Alexandre kijkt erdoor en ziet zijn dochter beneden liggen. Brandweer, ambulance en politie worden gewaarschuwd.
De scènes in de versie van Alexandre, bevestigd door zijn vrouw, beslaan niet langer dan zo´n vijf á tien minuten. Hij is er zeker van dat iemand het appartement is binnen gegaan en dat deze persoon verantwoordelijk is voor de dood van zijn dochter. De indringer verdwijnt na diens daad. Alexandre en zijn vrouw zien hem niet. Niemand ziet hem. Saillant detail, de deur van het appartement is niet geforceerd, de indringer heeft een sleutel gebruikt.
De technische recherche begint het onderzoek. De eerste resultaten worden na enkele dagen bekend gemaakt. Geheel Brazilië is dan al gekluisterd aan de televisie, dat ieder nieuwtje breed uitmeet en eigen reportages maakt. Politie meldt dat het gaas van het raam is opengeknipt om Isabella erdoor te gooien. Opzet dus. Er is bloed aangetroffen in de slaapkamer, de auto en op het gaas. De landelijke en meest bekeken televisiezender O Globo concludeert in een reportage dat er geen enkele sprake van een ongeluk is. Het meisje is vermoord.
Na intensieve ondervraging komt het echtpaar na 24 uur op vrije voeten. Maar niet lang. De biologische moeder Ana Carolina Oliveira van de overleden Isabella roert zich. Ze eist rechtspraak. Het politie-onderzoek zet zich voort. Hoe kan in maximaal tien minuten een persoon een flatgebouw binnengaan, op de zesde verdieping in een appartement gaas van een raam openknippen, een vijfjarig meisje in koelen bloede naar buiten smijten en vervolgens als de weerlicht de benen nemen zonder dat ook maar iemand iets heeft gezien of gehoord? Onmogelijk, vindt politie en dat vindt ook een aanklager.
Het komt tot een aanklacht, het echtpaar heeft schuld aan de moord op het vijfjarige meisje. Alexandre en Anna Carolina belanden in oktober 2008 definitief in het gevang. In voorlopige hechtenis, in afwachting van het juryproces dat in maart 2010 is gepland. Zij in een vrouwen-, hij in een mannengevangenis in São Paulo. Aanvankelijk in isolatie, ter beveiliging van de verdachten. Brazilië heeft zich tegen het echtpaar gekeerd, gelooft niet in haar onschuld. De toon van het vijandige klimaat is gezet. Daarbij, in gevangenissen gelden andere regels. Regel één: moordenaars en verkrachters van kinderen zijn vogelvrij.
Voor, maar ook nog lang na de hechtenis van Anna Carolina Jatobá en Alexandre Nardoni komen talloze ´nieuwtjes` aan het licht. Bloedvlekken in de auto zouden niet afkomstig zijn van Isabella. De biologische moeder heeft vlak voor de fatale gebeurtenis een telefoontje van haar dochtertje ontvangen. ´´Hou op pa, hou op!``, zou het meisje door de telefoon hebben geroepen. Een bewoonster van het flatgebouw rept over een ruzie tussen het echtpaar op de bewuste zondagavond, buiten de flat. Ook zou gegil van het meisje gehoord zijn, in het appartement. Isabella heeft blauwe plekken in haar hals. Onderzoek wijst uit: niet veroorzaakt door de val uit het raam. Die heeft ze even eerder opgelopen. Geslagen in de auto? Door vader? Door stiefmoeder? Vermoedens te over, geen enkel hard bewijs.
Absoluut hoogtepunt is de televisie-uitzending waarin het Anna Carolina en Alexandre worden geïnterviewd. Hij is uitzonderlijk kalm, toont geen emotie. Dat werkt tegen hem, zeggen de Brazilianen, een bewijs temeer van schuld. Zij, daarentegen, laat haar tranen rijkelijk vloeien. ´´Ik voel me moeder van Isabella, ze was hier altijd gelukkig, kwam hier graag. Denkt u dat een moeder een dochter vermoordt of laat vermoorden?`` Biologische moeder Ana Carolina Oliviera en haar vader protesteren. Ze vertellen dat de stiefmoeder jaloers is op Isabella. En Alexandre heeft zich in het verleden meerdere malen in gewelddadige zin uitgelaten. Tegen zijn ex en haar familie. Beschuldigingen over en weer. Brazilië smult, de volgende ochtend zijn de uitzendingen het gesprek van de dag.
Televisie, radio en de geschreven pers graven door. Deskundigen draven op. Buren, verre buren, familieleden, vrienden, oude vrienden, iedereen mag een zegje doen. Tot aan oud-leraressen en -leraren van basisscholen toe, die Alexandre destijds heeft bezocht. Wat voor kind was hij? Agressief?
De mening van een socioloog, één van die opgevoerde deskundigen, is interessanter. Hoe kan een heel land zo in de ban raken van de dood van Isabella? Brazilië kent immers een oneindige lijst van wreedheden. ´´Dat is waar``, erkent de socioloog, ´´maar deze gebeurtenis staat op zich. Het heeft alle ingrediënten voor een recept van massale betrokkenheid. Ten eerste, het is een meisje uit de middenklasse. Niet uit een krottenwijk. Ten tweede, haar leeftijd, slechts vijf jaar. Ten derde, de rol van de pers, de interviews, de reportages. Ten vierde, Isabella´s dood is een mysterie. Wie heeft Isabella door het raam gegooid? Waarom? Ten vijfde, en dat maakt het recept compleet, vader en stiefmoeder ontkennen tot aan de dag van vandaag iedere schuld en schuiven het op een derde persoon, terwijl het resultaat van onderzoek van de technische recherche geen twijfel laat bestaan: vader heeft dochter uit het raam gegooid, met of zonder medeweten en met of zonder hulp van stiefmoeder.``

De zaak Isabella 2 (22)

Maandag 22 maart. Het is ochtend. De jury stapt de rechtszaal binnen. Vier vrouwen en drie mannen. Ze buigen zich over een schuldvraag. Zijn Alexandre Nardoni en Anna Carolina Jatobá schuldig aan de moord op de kleine Isabella? Brazilië heeft twee jaar op het proces gewacht. Buiten de grote rechtbank in São Paulo is het een drukte van belang. De pers rukt massaal uit. Het proces begint, met een strak schema. Wie op welke dag wordt gehoord en door wie. Dure maquettes van het flatgebouw en het appartement zijn gemaakt. Bewijsvoering. Het proces gaat minimaal vier dagen duren. De juryleden hebben ieder een kamer in het rechtsgebouw. De menigte buiten het rechtsgebouw groeit met het uur. Spandoeken: ´Justitie, wij willen justitie!` Een man heeft bijna duizend kilometer gereisd, van zijn woonplaats Belo Horizonte naar São Paulo. Hij draagt een groot houten kruis, met daarop foto´s van Isabella gemonteerd. Teksten, met grote letters: ´Waarom moest dit gebeuren?` De eerste dag is die van Ana Carolina Oliveira, de biologische moeder. Televisie is aanwezig, live-uitzendingen. Niet in de rechtszaal, dat is verboden. Maar wel buiten. ´´Daar komt de moeder van Isabella aan. Ze is gekleed in een wit T-shirt, jeans en draagt een zonnebril. Ze verlaat nu de auto en loopt rechtsstreeks naar binnen. Ze wil niet met de pers praten.`` Ieder uur wordt een samenvatting gegeven van wat zich binnen afspeelt. Het is proppen geblazen in de kleine rechtszaal. Een handjevol pers, genodigden en geïnteresseerden hebben toegang. Natuurlijk veel politie. Er zijn niet veel vrije plaatsen te vergeven. Wie het eerste komt, heeft de meeste kans. Dus vormt zich al vroeg een lange rij voor de ingang van de rechtbank. Veel rechtenstudenten. De televisie meldt ´s middags: ´´Ana Carolina maakt indruk met haar getuigenis. Ze huilt veel, één jurylid krijgt het ook kwaad. Ze vertelt dat Alexandre een keer heeft gedreigd een einde aan haar leven te maken. Alexandre, in de rechtszaal, schudt zijn hoofd. Dat doet hij vaker als zijn ex zich negatief over hem uitlaat.`` De moeder van Ana Carolina arriveert bij het rechtsgebouw. De pers werpt zich op haar. Ze laat zich interviewen. ´´De dood van Isabella heeft mijn dochter voorgoed getekend. Zij wil haar recht. Nu. Het is het uur van de waarheid.`` De eerste dag eindigt met weinig vuurwerk.

Dinsdag 23 maart. De tweede dag van het proces begint met vertraging. Oorzaak? De maquettes moeten in elkaar worden gezet. Een televisiezender nodigt, opnieuw, deskundigen uit. In onder meer criminologie, sociologie en psychologie. De uren zonder nieuws worden gevuld met analyses. En met reacties uit het land. Sites op internet worden getoond, met voor- en tegenstanders. Toch steun voor de beklaagden. De hamvraag klinkt overduidelijk door, in alle voors en tegens: wie heeft Isabella nou vermoord en waarom? Renata da Silva Pontes, die het politie-onderzoek heeft geleid, komt aan het woord. Vier uren lang. Ze vertelt minitieus over het onderzoek. Vraag: ´´Is er bloed aangetroffen op de kleren van Isabella en haar vader?`` Renate antwoordt ontkennend. Maar ze laat er geen twijfel over bestaan. ´´Het echtpaar Nardoni is zo schuldig als wat aan de dood van Isabella.`` De verdediging raakt geïrriteerd. Een teken aan de wand. Advocaat Roberto Podval wil de biologische moeder Ana Carolina Oliveira oproepen. ´´De aanklager is gisteren uren aan het woord geweest. Wij willen haar confronteren met de verdachten``, laat de advocaat aan de pers weten. Hij dient een verzoek in bij de rechter. Die bepaalt dat de vrouw in het rechtsgebouw moet blijven. Ter beschikking van de verdediging. Dan verschijnt de patholoog-autonoom. Nieuws. Isabella is vóór haar fatale val hoogst waarschijnlijk op de grond gesmeten, in ieder geval mishandeld, raakte bewusteloos en kon bijna niet meer ademen. Ze is zo goed als dood door het raam gegooid. De verklaring slaat in als een bom. Einde van de zitting. Conclusie: alles wijst in het nadeel van het echtpaar. De verdediging zit in het nauw.

Woensdag 24 maart. Ook vanochtend vertraging, vijf kwartier ditmaal, voordat de rechter het proces opent. Niemand weet waarom. Advocaat Roberto Podval kondigt aan te schrappen in zijn lijstje met getuigen, gezien de duur van het proces en het uithoudingsvermogen van de jury. De mysteries worden maar niet ontrafeld. Wie deed wat en waarom, het blijven raadsels. Van een derde persoon is geen bewijs gevonden, zegt de politie. Zou hij er zijn geweest en zou hij het meisje hebben vermoord, hoe kan hij in luttele minuten ongezien zijn daad hebben volbracht? Dat kan niet. Een specialiste van de forensische dienst is aan de beurt. Bloed is aangetroffen in de woning, op het gaas, in de auto. Inderdaad, afkomstig van Isabella. Geen verrassing. Maar dan. Ook bij binnenkomst van de flat, in de gang van de zesde verdieping en in betreffende slaapkamer heeft het meisje bloed verloren. De specialiste concludeert dat Isabella bloedend naar boven is gebracht. Ook zijn er snijwondjes in de hals van Alexandre, veroorzaakt door het opengeknipte gaas. ´´Het is zeker dat de vader het meisje door het raam heeft gegooid.`` In een televisiestudio zegt weer een andere professor: ´´Er is nooit een derde persoon geweest. Isabella is mishandeld voor haar noodlottige val, dat is nu wel duidelijk. Wie buiten de familie zou dat hebben gedaan en waarom? Niemand. Er is woede geweest. Wraak misschien?`` Het is diep in de middag. De politievrouw is uren ondervraagd. De advocaat mag praten. Hij had tien mensen ter verdediging opgeroepen, hij laat er acht lopen. Slechts twee doen, snel, hun woordje. Een journalist, die geschreven had over de zaak, en een politiefunctionaris. Het gaat nergens over. De vermeende derde persoon wordt weer eens genoemd. Een metselaar. Hij zou die bewuste zondagavond in het flatgebouw zijn geweest, vanwege een verbouwing daar. Kritiek op enkele politie-onderzoeken ook. Niets opzienbarends. Gooit de advocaat de handdoek al in de ring? Het lijkt er op. Niets is minder waar. Hij weet het, iedereen weet het, morgen is dé dag. Dan zitten Alexandre Nardoni en Anna Carolina Jatobá in het beklaagdenbankje. De enige mogelijkheid voor de verdediging om twijfels te zaaien en winst te boeken. De zaak zit muurvast. Brazilië haalt diep adem. Zal alsnog een bekentenis volgen? Een motief?

Donderdag 25 maart. Negen uur, het is al warm buiten. Ongetwijfeld ook in de rechtszaal. Met de gebruikelijke vertraging, nu van bijna twee uur begint even voor tienen dé dag van het proces. Alexandre stapt naar voren. Zijn vrouw verblijft in een aparte ruimte, ze mag niets van horen, niets zien. Televisiekijkers worden uren in spanning gehouden. Dan komt het eerste nieuws naar buiten. Tegen het middaguur. Alexandre huilt. Hij mist Isabella. ´´Ik heb haar niet vermoord. Ik heb het meeste waardevolle in mijn leven verloren.`` Aanklager Francisco Cembranelli vraagt of Alexandre een bril draagt en of die misschien irritaties aan de ogen veroorzaakt. ´´Want ik zie u huilen, maar ik zie geen tranen. Het zal de bril zijn geweest, misschien?`` Ironie. De rechter snoert Cembranelli de mond. Alexandre herhaalt zijn visie op het gebeurde die zondagavond. Hij bekritiseert de politie: ´´Ze kwamen met een voorstel. Ik zou een soort bekentenis afleggen opdat mijn vrouw vrijuit zou gaan. Absurd. Ze hebben niks gedaan om de waarheid boven water te halen.`` Dan volgt een opmerkelijke uitspraak, als hem indringend wordt gevraagd naar de ´derde persoon`. ´´Ik kan me niet herinneren tegen de politie gezegd te hebben dat er iemand in mijn flat was.`` Aanklager en rechter draaien onmiddellijk de duimschroeven aan: ´´We hebben een politieverklaring waarin u zegt dat een derde persoon met een kopie van de deursleutel uw flat is binnen gegaan.`` Alexandre: ´´Ik heb die verklaring getekend, maar kan me niet herinneren het zo gezegd te hebben. Ik heb Isabella op bed gelegd. Ze sliep. Ik ben teruggegaan om Anna en de andere twee kinderen op te halen. Terug in de flat, ben ik naar de slaapkamer van Isabella gelopen, maar daar was ze niet. Ik heb haar gezocht, bemerkte dat gaas van een raam was opgeknipt, keek erdoor en zag mijn dochter beneden liggen.`` Zes uren duurt het verhoor. Alexandre antwoordt iedere vraag met zijn gezicht gericht naar de jury. Op eigen verzoek. Het is bijna donker als het er op zit voor hem. Hij moet stuivertje wisselen, zijn vrouw is aan de beurt. Alexandre wordt afgevoerd. Anna Carolina gaat zitten. Ze is zichtbaar nerveus. Ze praat snel. De rechter vraagt haar het kalmer aan te doen. Ook zij huilt en ontkent iedere betrokkenheid met de moord. Ze steunt haar man. ´´Het was een gewone dag. Zonder problemen, zonder ruzie.`` De aanklager betrapt haar op tegenstrijdigheden. Kleinigheden. Over licht of niet in het flatgebouw, over het feit dat haar man zijn nek wel of niet door het stuk geknipte gaas heeft gestoken. Over woordenwisselingen. Anna Carolina antwoordt: ´´Ik heb tegen de politie overdreven en heb zaken verzonnen. Ik was van slag.`` Om negen uur is het afgelopen. Buiten de rechtbank geeft advocaat Podval een persconferentie. Het spreken wordt hem bijna onmogelijk gemaakt. Een menigte schreeuwt, scheldt hem uit. Hij antwoordt met schorre stem. ´´Er is weinig kans om deze zaak nog te winnen. Lees de kranten morgen maar, luister naar de menigte hier. Ik heb gezegd tegen de verdachten: ´Zeg de waarheid, gewoon de waarheid.´ En met alle respect, het gaat hier over een moord. Waarom al die vragen over relaties tussen verdachten en familie, over wat er gebeurde op een strand? Ik heb niks gehoord over de moordzaak zelf.´´ Nieuws. De biologische moeder Ana Carolina Oliveira mag naar huis, ze hoeft niet meer te getuigen. Ze krijgt een inzinking. De rechter roept hulp in van een psycholoog. Die praat met haar. Zijn conclusie is helder: deze vrouw is aan het einde van haar Latijn. Die beslissing betekent een dikke streep door de rekening van de verdediging. Het is na negenen als het licht in de rechtbank uitgaat. De zeven juryleden hebben het moeilijk. Ze zijn doodop. Het zou vandaag de laatste dag zijn. Niet dus. Morgen worden de debatten tussen aanklager en verdediger gevoerd.

Vrijdag 26 maart. Er heerst een gespannen sfeer deze ochtend bij de rechtbank. De jury doet vandaag uitspraak, maar het zal nog uren duren. Aanklager en de verdediging gaan de degens kruisen, in tegenwoordigheid van de verdachten. Eerst mag Francisco Cembranelli spreken. Hij heeft maximaal 2,5 uur de tijd om aan de jury uit te leggen waarom het echtpaar schuldig is. Daarna heeft de verdediging dezelfde tijd, om het tegendeel te bewijzen. Daarna mag én de aanklager én de verdediging ieder nog eens twee uur van repliek dienen. De zelfverzekerde Cembranelli zegt: ´´Op het moment dat het echtpaar in de flat was, op dát moment, is Isabella met kracht uit het raam gesmeten.`` En: ´´Anna Carolina Jatobá, de stiefmoeder, is een gestresste en oververmoeide vrouw, die financieel geheel afhankelijk is van de familie van haar man.`` Advocaat Podval mag aan zijn eerste termijn beginnen na het middaguur. ´´Er is geen sluitend bewijs op tafel gekomen. Mijn cliënten zijn onschuldig.`` Het is zes uur, de avond begint. Nog steeds zijn advocaat en aanklager aan het bekvechten. Oeverloze discussies verzanden in ´oeverloze` details. Niemand heeft interesse, zo lijkt het. Het is tien uur, het is zover. Eindelijk. De jury trekt zich in een apart zaaltje terug, in aanwezigheid van de rechter. Daar wordt gestemd over de schuldvraag. Buiten neemt de spanning toe. Hekken zijn geplaatst. Het is bijna half twaalf, nog geen witte rook. Een collega van advocaat Podval zegt: ´´De vermoeidheid bij de juryleden was spreekwoordelijk. Toen de aanklager om repliek vroeg, zag je handen naar hoofden gaan.`` Het is middernacht nu. Woorden van de aanklager worden herhaald. ´´Isabella was een gelukkig meisje, een barbaarse moord heeft een einde gemaakt aan haar leven.`` Om half een, het is al zaterdag, komt het verlossende woord. Via de radio spreekt de rechter het vonnis uit. In juridische taal, breed uitgesponnen. Dat duurt, maar het is iedereen al snel duidelijk: Alexandre en Anna Carolina zijn schuldig. De menigte buiten de rechtbank begint te juichen. De rechter: ´´Het echtpaar is schuldig aan moord in de derde graad. Dat betekent dat het slachtoffer erg jong was, geen kans had zich te verdedigen en dat de verdachten moeite hebben gedaan om bewijsmateriaal te vernietigen.`` De straffen: Alexandre gaat 31 jaar, één maand en tien dagen en zijn vrouw 27 jaar en vier maanden de cel in. In zwaar bewaakte politiebusjes worden Alexandre en Anna Carolina afgevoerd. De busjes moeten door de menigte heen rijden. Politie-afzettingen helpen nauwelijks, omstanders dringen er doorheen en slaan met vuisten op de busjes. Ze schreeuwen victorie. Het moet een nachtmerrie zijn voor Alexandre en Anna Carolina, ieder in een eigen bus. Schuldig of niet. Camera´s volgen de busjes op weg naar de gevangenis. De menigte druipt langzaam af. Naar huis, naar bed, op weg naar de dagelijkse routine van weer een dag.

De zaak Isabella (3) (21)

Vijf dagen aan de televisie gekluisterd. Kranten, tijdschriften en radio-uitzendingen gevolgd. Op straat meningen gepeild. Het is de zondagavond na de uitspraak, de zaak Isabella zit er op. Rust keert weder. Het ligt voor de hand om over theater te spreken. Of over een echte ´Braziliaanse telenovela´, een soapserie op televisie, waar het hele land verzot op is en waarvan er bijna dagelijks negen verschillenden worden uitgezonden. Soms heeft het er inderdaad een beetje van weg. Een beroemde actrice van zo´n Braziliaanse soap woont zelfs een dag het proces bij. Zij heeft een soortgelijke ervaring, een zoontje van haar was jaren geleden vermoord. Commentaar op televisie wordt aangedikt, lekker gemaakt. Veel nadruk op emoties, veel nadruk op gedrag van de verdachten, de familie, de juryleden. Eindeloos filosoferen. Vragen aan deskundigen. ´Denkt u niet dat dit en dit gedrag betekent dat... ` Enzovoorts. Het wordt serieus gebracht, met veel gevoel.
De technische kant van het proces wordt zeker niet vergeten. Hoger beroep, is het mogelijk, hoe dan, wanneer dan? Juryrechtspraak komt niet vaak voor in Brazilië. Alleen als sprake is van een wrede en gecompliceerde moord, simpel gesteld. Veel aandacht voor de juryleden. Wat is hun taak, hoe zijn ze gekozen, moeten ze unaniem stemmen (nee dus) en wat is het verschil met bijvoorbeeld de Verenigde Staten. Goede en begrijpbare uitleg.
Wat echter overheerst, zijn reportages over indrukken buiten de rechtbank. Passeert een familielid van de Oliveira´s de horde journalisten, dan krijgt hij of zij zonder pardon een microfoon onder de neus geduwd. Advocaten, aanklager, niemand ontsnapt. ´´Geen commentaar``, het komt voor. Maar over het algemeen wordt frank en vrij gesproken. Over persoonlijke meningen, over gevoelens weer.
Het proces en de historie ervan hebben vele kanten. Dat de barbertjes moeten hangen, mag voor zichzelf spreken. Brazilie geeft hoog op over de uitverkiezing van de jury. ´Het volk gaat spreken`. Dat mag dan wel zo zijn, maar het volk heeft al lang gesproken, Alexandre en Anna Carolina zijn zo schuldig als de hel. En als de jury dan zo´n goed afgewogen afspiegeling is van de Braziliaanse samenleving, dan zal die echt niet onschuldig stemmen. De kaarten blijken vooraf mirakels goed geschud.
De zaak zelf blijft mysterieus. Nooit meer wordt algemeen bekend wie welke rol heeft gespeeld. Hoe het zover is gekomen. Wat zich tussen de twee veroordeelden heeft afgespeeld, de nacht van de moord. Isabella was voor Nederlandse begrippen een ´scheetje`. Zo zag ze er ook uit. Het lag niet aan haar. Oorzaak van haar dood moet een familie-aangelegenheid zijn geweest.
Jaloezie, afgunst, haat, nijd, frustraties, het zijn gevoelens die iedere Braziliaanse familie kent, in alle denkbare vormen en in alle gradaties. Maar ze worden uitgesproken, bijna altijd opgelost en gesust. Blijven ze echter hangen, dan vormen ze een tijdbom. Als die ontploft, zijn er slachtoffers te betreuren. Zoals in dit geval een onschuldig vijfjarig meisje.
Het is de achillespees van de open Braziliaanse samenleving. Dicht op elkaar, opeenvolgende relatie(s), scheidingen, verdriet, afstand nemen, maar ook weer niet. Weg en toch weer terug. Ingewikkeld? Zeker. Voer voor psychologen? Zeker.
Gedurende het proces worden uren gewijd aan relaties. Tussen Alexandre en zijn vrouw, tussen Alexandre en zijn ex, tussen diens vrouw en diens ex. Hoe duidelijk de relaties ook liggen, ze werpen geen enkel helder licht op de moordzaak. Het leidt niet tot een bekentenis. Of tot een motief. En dat mag opmerkelijk heten. Maar het recht spreekt. De twee gaan voor jaren achter de tralies. Het vonnis is juist, de bewijzen zijn waterdicht, er is geen ruimte voor welke twijfel dan ook. Brazilië haalt opgelucht adem, dit wil ze.
Het proces mag nooit het denigrerende etiket van een soap of telenovela krijgen. Of van theater. Het zou een diskwalificering betekenen, een diskwalificering van een volk. Wie goed heeft gekeken, goed heeft geluisterd, goed heeft gelezen, kan maar tot één conclusie komen. Een indrukwekkend proces als dit legt op een meer dan fascinerende wijze de ziel van Brazilië bloot. In alle naaktheid.

vrijdag 19 maart 2010

Magda (20)

De 45-jarige Magda Oliveira is advocate. Ze woont in een mooi pand in een betere wijk van Goiania. Ze is gespecialiseerd in strafrecht, verdedigt allerlei criminelen. Ze doet ook in burgerlijk recht. Magda doet eigenlijk in alles. Het is een kleine vrouw, beetje corpulent. De jaren zijn over haar heen gegaan, maar ze is nog steeds meisjesachtig. Bruine ogen, die altijd lachen.
Wie Magda kent, vindt haar vreemd. Dat is ze, misschien. Ze houdt enorm van feesten, de deur van haar huis staat open voor iedereen. Magda drinkt meer dan een goede borrel. Als ze aangeschoten raakt, kan ze tegen het vulgaire aan worden. Dat is niet vervelend, dat is juist leuk. Ze komt raak uit de hoek, schoffeert.
Magda is gescheiden van William. Een kleine gedrongen man, chirurg in een particulier ziekenhuis. Ze hebben drie zonen, die allen studeren en kerngezond zijn. De jongens wonen bij de moeder. Magda en William zijn dan wel gescheiden, ze komen regelmatig bij elkaar op bezoek. Vooral in het weekeinde.
Een barbecue bij William thuis betekent groot feest. Hij woont in de sjiekste wijk van Goiania, zijn huis is opgetrokken uit donker hout. Buiten een enorme tuin met zwembad, sauna, bar en relaxruimte. William woont alleen. Hij heeft een ´hulp in de huishouding`, een travestiet. Hij, of beter zij, is enorm grappig. Opgemaakt, siliconenborsten, rokje, nylons. Als ze niets te doen heeft, worden nagels gevijld en gelakt. Ze kan koken als geen ander en in een rap tempo. Boze tongen beweren dat zij niet alleen het huishouden doet voor William. Niemand stoort zich aan haar, ze is erg geliefd. Grapjes gaan over en weer. ´´Je ziet er weer niet uit Magda, heb je veel gezopen gisteren? Moet je naar je ogen kijken, mispunt``, bitst zij. Magda haalt haar schouders op. ´´Hou je mond, je borsten gaan al hangen, wie is er aftands hier?`` Op die toon.
Magda verlaat het huis nooit zonder haar handtasje. Onafscheidelijk is ze van dat vieze bruine ding, dat zeker net zo oud moet zijn als de bazin. Het geeft ook geen pas, Magda gekleed in de nieuwste mode en dan dat smerige tasje om haar pols. Het heeft een reden. Het tasje heeft een nog kleiner bijvak met een ritssluiting. In dat vakje een pistooltje. Het glinstert, lijkt van zilver. Speelgoed is het zeker niet. ´´Ik verdedig zware jongens``, legt Magda uit, ´´het is zuiver zelfbescherming. Het is licht en trefzeker op korte afstand.`` Ze zegt dat ze het pistool nimmer heeft gebruikt. ´´Gloednieuw``, lacht ze.
De advocate heeft een goede praktijk. Ze haat de papieren romslomp. Magda is veel tijd kwijt aan het copiëren, invullen en opsturen van allerlei paperassen. Ze houdt liever van het persoonlijke contact. De kleine vrouw gaat voor niemand opzij. Haar mond gaat open en vervolgens ook alle deuren. ´´Ik duld geen nee. Dat moet, anders kom je er niet door. Je kunt hier zomaar opgesloten worden voor vier maanden na het stelen van een pak koffie, terwijl zware criminelen na een moordaanslag na een paar dagen cel weer fluitend op straat rondlopen.`` Ook Magda heeft een vrouwelijke hulp in de huishouding. Zeg maar gerust: hulpen. Op jaarbasis minimaal zes. Dat is erg veel. Om de haverklap wijst Magda er weer één de deur. ´´Wegwezen jij, jij deugt niet.``
Magda zegt dat het niet aan haar ligt. Ze heeft het grootste gelijk van de wereld, maar maakt het zich moeilijk. Ze neemt verschoppelingen in huis, meisjes die op straat wonen, die mishandeld zijn, dat soort types. Het is het sociale van Magda, ze kan het niet laten. De meisjes hebben geen enkele opvoeding genoten en komen terecht in een paleis. Een telefoon, veel kunst, zilver bestek, kristallen glazen. Valt de maandelijkse telefoonrekening in de bus, is die immens hoog. Heeft de huishoudhulp uren gebeld. Groot festijn in huis, waar zijn die zilveren lepels nou gebleven? Magda naar het kamertje van het hulpje, het is gebruikelijk in Brazilië dat huishoudsters inwonen, keert wat tassen om en ja hoor, daar zijn de lepels. En daar gaat weer een hulp.
Neem nou niet iemand van de straat, raadt de kenniskring Magda aan. ´´Ja ja, ik zal eraan denken``, zucht ze en slaat de goed gemeende raad direct weer in de wind. Ze is er iedere keer steevast van overtuigd dat ze nu de goeie heeft uitgekozen. Ze vangt iedere keer bot. Maar het siert haar, ze doet alles voor de meisjes. Naar de dokter, kleren, sieraden, lekker eten. Het moet haar maandelijks een fortuin kosten. Buiten die telefoonrekeningen.
Omgaan met Magda betekent ´never a dull moment`. Ze verrast altijd. Belt ze op. ´´Zeg, heb je al een dvd-speler? Of een kleine kleurentelevisie? Ze zijn als nieuw. Ik heb toevallig het een en ander over, je kunt het zo krijgen. O ja, er is ook een grote barbecue.``
Toevallig het een en ander over? Niks daarvan. Als Magda een zwaardere crimineel verdedigt, gaat haar uurloon subiet omhoog. Zonder scrupulus. ´´Ik ben goed in de rechtszaal, het zijn dieven, ze moeten maar dokken``, legt ze in kleine kring uit. Maar criminelen zijn niet gek, ze houden bij hoog en laag vol dat alle centen met de noorderzon zijn vertrokken. ´´Daar trappen we niet in``, zegt Magda dan, ´´betalen!`` Snel komt het tot een compromis. Geen baar geld, dan maar goederen. En zo verhuizen dure elektrische apparatuur van crimineel naar advocate.
Magda, die zijn van diefstal afkomstig. Of gekocht met ´crimineel geld`. Jij bent een heler! Ze lacht haar spierwitte tanden bloot. ´´Dat interesseert me niets. Die spullen komen nooit meer bij de rechtmatige eigenaar terecht. Hij moet aankoopnota´s tonen. Die bewaart vrijwel niemand of raken zoek. Bewijs maar eens dat het jouw tv is. De goederen worden in beslag genomen en verdwijnen op mysterieuze wijze. Kan ik ze beter nemen, niet? Ik werk er tenminste voor en doe anderen een groot plezier. Je moet trouwens snel je keus maken, er zijn meer gegadigden. De kleurentelevisie of toch die grote barbecue?`` Nou ja, geef dan die barbecue maar.

donderdag 18 maart 2010

Max Tyson (19)

Het neemt hand over hand toe en het is doodzonde. Geweld op en rond het professionele voetbalveld in Brazilië. In de tijd dat de Nederlandse journalist Paul van Gageldonk boeken schreef over hooligans van Feyenoord en Ajax (sorry, de harde kern), was het in Brazilië betrekkelijk rustig. De laatste jaren is het voetbalvandalisme echter toegenomen, vooral in grote steden. Doden vielen te betreuren. Fans die in koelen bloede zijn neergeschoten door rivaliserende supporters.
Maandag 15 maart 2010 gaat de boeken in als voorlopig dieptepunt. Mijn cluppie Vila Nova uit Goiania, eerste divisie, gaat voor het kampioenschap van de staat Goiás op bezoek naar FC Canadense. Op een maandagavond laat speelt het een uitwedstrijd tegen een kleine club in een klein en simpel stadion in het naburige dorp Senador Canedo. Vila wint met 2-1. Na het eindsignaal lopen de spelers het veld af op weg naar de kleedkamers. Plots dringen supporters het amper afgezette spelersdomein binnen. Tumult ontstaat. Op televisiebeelden is duidelijk te zien, en het wordt dan ook tot vervelens toe en in slow motion herhaald, hoe een supporter de keeper van Vila Nova een trap in zijn rug geeft. De lange zwarte 34-jarige Maxlei Luzia dos Santos, kortweg Max genoemd, draait zich om. Na enkele tellen duwen en trekken, begint een massale vechtpartij tussen spelers van de bezoekende club en supporters. Max wordt op de grond gesmeten en direct bedolven door slaande en schoppende jongens. Een medespeler springt naar voren en weet Max te bevrijden. Daarmee is het niet afgelopen. Max begint als een goede amateurbokser op de boosdoener, die hem die trap heeft gegeven, in te slaan. De man gaat bijna knock-out. Een medespeler geeft een andere supporter een karatetrap. Dan ontploft een bom. Rook is te zien. Een derde speler raakt gewond aan linkerbeen en rechterarm door de deeltjes van de bom. Een ambulance voert hem af. Intussen is politie gearrriveerd. Een politieman scheidt spelers van supporters. Nou ja, supporters. Een televisecommentator kraait: ´´Daar, de zoon van de plaatselijke wethouder, ja, van de plaatselijke wethouder! Hij gaf die trap!`` Het wordt bizar. Een ander beeld toont een politieman, type Arnold Schwarzenegger, met een rode gasgranaat in zijn linkerhand. Ook in slow motion maar.
Het tumult haalt de landelijke pers. Regionale televisie in Goiás op haar beurt weet van geen ophouden. Brazilië is voetbalgek en dus zijn er iedere dag (!) verschillende voetbalprogramma´s. Ook als er geen wedstrijden zijn, wordt makkelijk een uur vol gekletst met nutteloze en oninteressante voor- en nabeschouwingen.
Max moet voor de camera. Hij doet het. Onschuldig gezicht. Verklaart dat het een enorm tumult was en dat hij niks anders deed dan medespelers beschermen. Over de wel gemikte boksstoten zegt hij niets. De politie pakt drie ´supporters` op. Twee van hen willen spelers aanklagen wegens mishandeling.
Nieuwsfeiten volgen elkaar in rap tempo op, er is soms geen touw aan vast te knopen. Het kleine stadion wordt voor dertig dagen gesloten. Dat bepaalt de regionale voetbalbond, organisator van het staatskampioenschap. Het stadion is niet goed beveiligd, geen duidelijke afscheiding tussen supporters en spelers, spreekt de bond een veto uit. Ja, dank je de koekoek zeg, hoe verzinnen ze het. Iedereen kan bijna in heel Brazilië bij kleine clubs naar believen overal in en uit lopen.
Een sportprogramma weet het zeker: racistische verwensingen zijn geuit naar de keeper. Daarom ging hij over de zeik. Max rept er over, maar blijft vaag. Dan ontploft een nieuwe bom: die Schwarzenegger zou een granaat hebben gegooid, het was geen huisbom van supporters waardoor de Vilaspeler werd verwond. Andere programma´s nemen het nieuws snel over. Het duurt niet lang en daar is hij, de grote baas. In vol ornaat verschijnt de militaire politiekolonel voor de camera. De rust zelve. Hij probeert te ontkrachten. ´´Nee, als we de volgorde van de gebeurtenissen goed analyseren, kan het niet zijn dat een politieman die granaat heeft gegooid. Op televisie is goed te zien dat er rook was en daarna pas kwam die rode granaat in beeld. We gaan alles op een rijtje zetten, betrokkenen ondervragen. We willen het naadje van de kous weten. Het gaat hier om de veiligheid van een ieder.`` Gebruikelijke prietpraat. Daar komt een vervolg op en misschien nog één en dan hoort niemand meer wat. Ook gebruikelijk in dit land.
De politiekolonel is niet de enige die gaat ´onderzoeken`. Dat gaat de directeur van Vila Nova ook doen. Belooft hij plechtig, met een ernstig gezicht. Zijn club is er één van de drie belangrijksten in de stad. De andere twee spelen eredivisie en Vila Nova mag opdraven in een divisie lager en doet het al ruim een jaar erg slecht. Het zal zich waarschijnlijk niet eens plaatsen voor de halve finales van het staatskampioenschap. Sinds jaren. Onbeduidende cluppies, met alle respect, uit de pereferie van de staat staan punten los van de grote tijgers, zoals Vila wordt genoemd.
Wat Vila Nova onderscheidt van de andere professionele clubs in Goiania is het fanatisme van de supporters. Het is vaak ´vier keer niks` en dat hardt de fan. Het kleine knusse Vilastadion kan zo´n 7000 bezoekers herbergen. Zit het vol, dan is het één groot feest. Achter de goal de harde kern, met grote trommels en fluiten, spandoeken en vuurwerk. Rood, want dat is de kleur van Vila. Naar Vila Nova ga je altijd, thuisblijven mag niet, dan verlaat je de club, is het credo van de verstokte fans.
Voetbalcommentatoren vertellen dat het tumult in Senador Canedo is veroorzaakt door supporters van de thuisspelende club. Vilasupporters hebben zich afzijdig gehouden. Nog wel. Het laatste woord is niet gesproken. Het is een schande dat professionele voetballers zo tekeer gaan. Karate en boksen, het is wat. Maar kritiek is amper te horen. De regionale pers neemt het braaf op voor de voetbalprofs. Ze werden geprovoceerd, getard. Het zal wel, maar op fansites van Vila Nova zijn andere gevoelens te lezen. Het team deugt niet, telkens nieuwe spelers, trainers worden om de haverklap de laan uitgestuurd, vorig jaar met veel moeite in de eerste divisie gebleven, een belabberd staatskampioenschap 2010. En nu worden we geconfronteerd met om zich heen slaande en schoppende spelers. Wat volgt?
Irritatie neemt toe en dat baart de clubleiding zorgen. Ze weet dat zomaar de vlam in de pan kan slaan. Vervelende acties van fanatieke supporters zijn niet uitgesloten. Bezetting van spelershome, lastigvallen van bestuursleden. Vilafans roeren zich, daar zijn ze befaamd om. Vandaar die plechtige belofte van de directeur. Hij moet wel.
Wat er ook gebeurt, over één ding zijn supporters van de rode grote tijgers het roerend eens. Het is al op de televisie te horen en zal ook de krant zonder meer halen. Keeper Max wordt niet meer enkel Max genoemd. Hij heeft rap een bijnaam met een wrange nasmaak gekregen: Max Tyson. En reken er maar op dat het te horen is tijdens de eerstkomende thuiswedstrijd. Een volgende knock-out? Misschien is het beter om eerst tot tien te tellen.

maandag 8 maart 2010

Beetje vals (18)

Brazilianen zijn niet zo gek op sauna´s. Het is buiten al heet genoeg. Felle zon, dan zoeken ze rap een plekje in de schaduw. Waarom een half uurtje doorbrengen in een afgesloten ruimte waar het én vochtig is én ook nog eens bloedheet. Onzin.
Sauna´s zoals in Nederland zijn er niet. Brazilië kent het fenomeen Club. Dat is een omheind terrein waarbinnen zwembad, voetbalveld, restaurant en bar te vinden zijn. Entree betalen en je kunt er zwemmen, zonnen, naar live muziek luisteren, hapje eten, wat drinken. Aan alles is gedacht, ook voor kinderen is er een speciale ruimte. Het scheelt welke club je kiest, simpel of sjiek. Een sauna is er ook. Vaak twee. Eén voor vrouwen, één voor mannen. Met kleedruimte en relaxruimte, als het meezit. De sauna ga je in mét zwembroek/bikini aan. Naakt, daar is geen sprake van. Gemengden sauna´s zijn er, maar zoals gezegd, in zwemkleding of met een short aan naar binnen.
Aan Brazilianen uitleggen hoe het er in de Nederlandse sauna aan toegaat, levert enorme verbazing op. Naakt? Vrouwen en mannen, zelfs jongeren? Alleen badjas aan als je sauna of zwembad verlaat? Mijn hemeltje! Aan Nederlanders uitleggen hoe Brazilianen hier over denken, levert eveneens verbaasde gezichten op. Hè? Wat preuts.
Verwarring. Wat is preuts? Naakt in de sauna of op het strand, zelfs topless, het schijnt niet te passen in de Braziliaanse cultuur. Aan de andere kant. Vrouwen gaan voor Nederlandse begrippen bijna ´naakt´ over straat. Een bh wordt nauwelijks gedragen, borst en tepel duidelijk zichtbaar. Op het strand dragen vrouwen zulke kleine bikinibroekjes, dat het meer lijkt op twee draadjes dan op een broekje. Zo wordt het ook genoemd, ´dental flosh`, het witte touw waar je je tanden mee schoonmaakt. Leggings worden strak gedragen. De venusheuvel is zichtbaar. Ordinair, zeggen Nederlanders, vies zelfs. Mannen dansen in zeer strakke pakjes of zwembroekjes op podia op Braziliaanse stranden om de badgasten te vermaken.
Verder. Huisjes en krotjes in arme wijken zijn erbarmelijk gebouwd. In elkaar geflanst, is een beter woord. Grote families wonen in een enkele kamertjes. Het komt voor dat er niet eens binnenmuren zijn. Met doeken worden verschillende ruimtes gecreëerd. Kinderen op één ´kamer`, mama en papa in een ander. Als mama en papa vrijen dan kan het niet anders of de kinderen horen en/of zien alles. In de oude Indiaanse cultuur was dat overigens normaal. Een ´wigwam` heeft geen aparte ruimtes. Ouders bedreven de seks aan de zijde van het kroost. Dat keek er niet van op.
Iets anders dan. Menige dans in Brazilië heeft een sterk sensueel karakter. Zeker na de opkomst van de funk in de discotheken en op grote festivals. Maar ook al in de jaren zeventig, met de lambada. Meisjes met minirokjes, die opzwaaien, en lichaamsbewegingen die er niet om liegen. Preuts?
De staat Bahia heeft enkele jaren geleden een oproep gedaan aan de eigen bevolking, vlak voor het carnaval daar losbarstte. Dat had alles te maken met het tegengaan van aids, nog immer een groot probleem in Brazilië. ´Alsjeblieft, pas op met vrijen tijdens carnaval. Maar al te vaak wordt in de hitte van de strijd het voorbehoedsmiddel vergeten. Dat is gevaarlijk, denk aan aids. Daarom pleiten wij voor de tongkus. Zoen elkaar, hou het daarbij, dat is toch ook fijn?` Een officiële bekendmaking van een overheid.
De verwarring neemt toe. Dan maar de straat op en het aan mensen vragen. Oud en jong moeten hard lachen als ik met mijn preutsprobleem en enig uitleg op de proppen kom. ´´Haha, een sauna met naakte vrouwen en mannen. Je maakt een grapje. Dat zal me wat zijn in Brazilië. We hebben hier sekssauna´s, maar dat is heel wat anders. Of ik naar een Nederlandse sauna zal gaan? Ben je gek geworden?`` Een bevredigend antwoord blijft echter uit.
Een Nederlandse vriendin, die Brazilië als haar broekzak kent, er twintig jaar heeft gewoond, getrouwd is geweest met een Braziliaan, zegt het zo: ´´Brazilië is bij uitstek een katholiek land en biedt geen ruimte aan dat soort naakt. Ik heb eens topless gelegen op een strand, daar schaam ik me nu voor. Mijn ex-man zei altijd dat een driehoekje op de tepel en eronder spannender is dan helemaal bloot. Dat zal het zijn.``
Mijn vriendin zit thuis op de bank. Diep in gesprek met een kennisje over waarden en normen in hun land. Komt even dat goed uit. Ook aan hen leg ik het probleem voor. Na even te hebben nagedacht, volgt een gezamenlijke mening. ´´Het is misschien moeilijk te begrijpen voor buitenstaanders. Brazilië is vol van tegenstrijdigheden. Geweld en tolerantie, arm en rijk, vurig beminnen, maar ook die wrede haat. Het één sluit het ander niet uit. Wel zo goed als topless op die fraaie wagens tijdens de beroemde carnavalsstoeten in Rio de Janeiro en Sao Paulo, maar niet op een zonnig strand aan de kust? Preuts nee. Het is eigenlijk een beetje een valse mentaliteit.``